- Door
- Thijs Alink
- geplaatst op
- 2 november 2009 08:05 uur
Veel Nederlandse providers richten zich niet alleen op hun thuismarkt maar ook op de markt van hun zuiderburen. Op hun beurt zijn een groot aantal Belgische providers ook actief in Nederland. Omdat de Nederlandse en Belgische (of specifieker de Vlaamse) markt veel met elkaar gemeen hebben is het voor een provider relatief gemakkelijk om zich, naast de thuismarkt, ook te richten op de markt van de buren. Sommige providers benaderen de Nederlandse en Belgische markt zelfs niet als individuele markten maar beschouwen het als één integrale markt. Maar kunnen beide markten wel als één markt worden beschouwd?
Het jaarverslag van DNS.be bevestigde wat waarschijnlijk elke ISPam-lezer al wist: Nederlandse providers doen graag zaken over de grens. Van alle bedrijven die gerechtigd zijn om een .be-domein te registreren komt namelijk 15% uit Nederland (52% komt uit België). De cijfers van DNS.be geven een indicatie van het aantal Nederlandse providers dat actief is op de Belgische markt. Het werkelijk aantal is waarschijnlijk veel hoger. Sommige providers registreren hun domeinnamen tenslotte via een tussenpersoon en niet direct bij DNS.be. Niet alleen Nederlandse providers doen zaken over de grens. Hetzelfde geldt voor Belgische webhosters. Uit een onderzoek dat ISPam eind augustus publiceerde bleek dat één op de tien hostingproviders op de Nederlandse markt afkomstig is uit België.
Copy-paste-strategie
Een aanzienlijk aantal Nederlandse en Belgische providers in dus geïnteresseerd in de markt van respectievelijk hun zuider- of noorderburen. Deze interesse komt vanzelfsprekend voort uit het feit dat de Nederlandse en Belgische (of specifieker de Vlaamse) markt veel met elkaar gemeen hebben. Bij een eventuele uitbreiding buiten de landsgrenzen is Nederland (voor een Belgische provider) of België (voor een Nederlandse provider) een logische eerste keuze. Hun thuisstrategie kan tenslotte relatief gemakkelijk worden aangepast aan de behoeften van de markt van de buren.
Sommige providers passen hun thuisstrategie zelfs helemaal niet aan. Zij kiezen er bewust voor om België en Nederland als één integrale markt te benaderen. Maar is dit een verstandige keuze? Zijn er geen verschillen tussen Belgische en Nederlandse hostingmarkt? Of zijn de verschillen zo klein dat ze te verwaarlozen zijn? We leggen deze vragen voor aan de Vlaamse provider Combell en de Nederlandse provider Hosting Concepts. Beide bedrijven zijn al enkele jaren succesvol in België en Nederland.
Combell over de Belgische en Nederlandse markt
De Vlaamse provider Combell is inmiddels een gevestigde naam in België, maar in Nederland is de webhoster minder bekend. “In België is de naam Combell al goed ingeburgerd, in Nederland is er nog ruimte voor verbetering”, vertelt Tom de Bast namens het bedrijf. De provider wil haar aanwezigheid in Nederland versterken door het openen van een lokaal kantoor. Tevens wil het bedrijf haar naamsbekendheid in Nederland vergroten.
In Nederland mag er dan ruimte zijn voor verbetering, Combell doet het zeker niet slecht in Nederland. Het bedrijf rekent al heel wat jaren Nederlanders tot haar klantenkring. Waarom kiezen zij voor Combell en bijvoorbeeld niet voor een Nederlandse provider? “Een kleine groep van die Nederlanders weet misschien bij de bestelling niet dat we Belgisch zijn, maar het merendeel van de klanten die ik spreek kiest bewust voor een Belgische partij om eens iets anders te proberen,” aldus De Bast. “Heel wat klanten komen van een Nederlandse provider.” Hij vermoedt dat de gratis 24-uurs ondersteuning van Combell veel Nederlanders aanspreekt. “Na vijf uur ’s avonds krijgen we opvallend veel telefoontjes van Nederlanders omdat de ZZP’er of MKB’er dan tijd vrijmaakt voor administratieve taken.”
Volgens De Bast moeten de Belgische en Nederlandse markt niet worden benaderd als één integrale markt. Volgens hem zijn er namelijk veel verschillen. “De Belgische markt is iets minder matuur, maar er is de laatste maanden en jaren een forse inhaalbeweging bezig,” aldus De Bast. Daarnaast merkt hij op dat de Belgische markt ook veel kleiner is en veel minder aanbieders telt dan de Nederlandse. Hierin komt echter verandering. “We worden de laatste tijd overspoeld door buitenlandse aanbieders die tegen lage prijzen hosting verkopen,” zeg De Bast. “Deze aanbieders mikken vooral op particulieren. Het merendeel van de bedrijven koopt toch liever bij een hostingprovider die niet op prijs speelt en ook andere diensten kan verkopen dan simpele hosting.”
Vergen deze verschillen ook een andere strategische benadering? Zeker! Maar het zit hem volgens De Bast in de kleine zaken, voornamelijk op marketinggebied. Hij geeft een paar voorbeelden: “Online marketing is in Nederland bijvoorbeeld verder gevorderd dan in België. Nederland heeft ook ontzettend veel vakmagazines. En als we producten of diensten gratis of in trial weggeven, zijn het toch vooral de Nederlanders die de stap zetten om het even te proberen, terwijl Belgen daar dan eerder wantrouwig over zijn.”
Hosting Concepts over de Belgische en Nederlandse markt
De tweede provider die haar ervaringen deelt met ISPam is de Rotterdamse provider Hosting Concepts. Het bedrijf, in Nederland bekend van onder andere OpenProvider en Netnation, lanceerde in 2005 haar Belgische bedrijfstak onder de naam: Doemee.be. Het bedrijfsonderdeel biedt hosting tegen een lage prijs aan particulieren en kleine zelfstandigen. Het Nederlandse equivalent van het bedrijfsondereel is Watsnel.nl. Hoewel beide bedrijfsonderdelen veel op elkaar lijken, zijn ze toch niet gelijk aan elkaar vertelt Eline Verhek van Hosting Concepts: “Voor de Nederlandse markt is onze strategie het bieden prijsaantrekkelijke hostingpakketten waarmee onze klanten geld kunnen besparen. Onze strategie op de Belgische markt kenmerkt zich doordat we ons richten op het afstemmen van onze producten en informatievoorziening op de cultuur en behoeften van onze klanten.” Dit uit zich in verschillende marketingstrategieën voor beide onderdelen. “Onze marketing acties voor de Belgische klanten zijn meer een productgerichte marketingstrategie en voor de Nederlandse klanten hebben we een oplossingsgerichte marketingstrategie,” vertelt Verhek.
Net als De Bast denkt Verhek dat de Belgische en de Nederlandse markt op een aantal punten van elkaar verschillen. “Wij ervaren regelmatig verschillen tussen een Belgische en een Nederlandse gebruiker,” zegt Eline Verhek. “We hebben daarom ook verschillende serviceteams per land ingesteld. Taal speelt bijvoorbeeld een belangrijke rol bij het geven van service. Nederlandstalige instructies worden niet altijd direct goed begrepen door de Belgische klant. De Belgische klant heeft veel vaker behoefte aan de mogelijkheid om een bankoverschrijving te doen en verder zien we dat de Belgische klant veel vaker de website gebruikt voor commerciële doeleinden en relatief veel minder voor privédoeleinden. Bij Nederlandse klanten komt beide, commercieel en privé, veel voor.”
De verschillen tussen twee markten hebben ook gevolgen voor de marketingacties die het bedrijf in België en Nederland voert. “Belgische klanten hechten doorgaans veel waarde aan kwaliteit, een prijsactie loopt daarom ook minder goed dan een hostingpakket uitbreiden voor hetzelfde geld,” aldus Verhek. “Nederlandse klanten letten meer op de prijs dan op de kwaliteit, prijsacties lopen daarom doorgaans beter in Nederland dan in België.”
Conclusie
De Bast (Combell) en Verhek (Hosting Concepts) zijn beide van mening dat de Belgische en Nederlandse markt van elkaar verschillen. Beide providers benaderen de markten daarom verschillend. In hoeverre een bedrijf zich moet aanpassen om de verschillende tussen de markten te overbruggen is men het niet eens. Combell gaat hierin minder ver dan Hosting Concepts. Volgens De Bast zit het verschil in strategische benadering in kleine dingen zoals: inhoud en publicatiemedium van advertenties. Hij doelt op een gedifferentieerde marketingstrategie. Hosting Concepts gaat veel verder. De basis van hun Nederlandse en Belgische bedrijfsonderdelen is hetzelfde (hosting tegen een lage prijs). Beide bedrijfsonderdelen leggen echter ergens anders de nadruk op. Bij Doemee.be is dit eenvoud en gemak. Bij Watsnel.nl legt men de nadruk op de snelheid en de lage prijs van hun producten. Niet alleen de concepten verschillen van elkaar, Verhek (Hosting Concepts) geeft aan dat het bedrijf de marketingstrategie, de communicatie en service afstemmen op de markt.
De Belgische en Nederlandse hostingmarkt kunnen zeker niet worden beschouwd als één integrale markt. Hoewel beide markten veel met elkaar gemeen hebben zijn er wel degelijk een paar belangrijke verschillen. In dit artikel hebben we een paar van deze verschillen naar voren gehaald. In hoeverre deze verschillen zouden moeten leiden tot een andere strategische benadering is niet helemaal duidelijk. Vergaand de bedrijfsvoering veranderen zoals Hosting Concepts heeft gedaan is erg kostbaar. Veel providers zullen waarschijnlijk niet overtuigd zijn van het feit dat de kosten voor het overbruggen van de verschillen opwegen tegen de baten. Voor hen is enkel een differentiatie op marketinggebied veel aantrekkelijker.
In dit artikel geven Combell en Hosting Concepts hun visie op de verschillen tussen de Belgische en Nederlandse markt en in hoeverre een hostingprovider zich hier op aan zou moeten aanpassen. Bent u een andere mening toegedaan? Ziet u andere verschillen? Deel uw ervaringen middels het plaatsen van een reactie.
