- Door
- Jeroen Mulder
- geplaatst op
- 4 juni 2014 08:09 uur
Cloud computing? Vergeet het. Het nieuwe buzzword wordt ‘fog computing’. En daarmee wordt het voor traditionele grote IT-spelers nog lastiger. Veel grote IT-bedrijven hebben nu al moeite om het tempo bij te houden van pur sang cloudbedrijven als Amazon. De traditionele spelers hebben maar weinig tijd meer om zichzelf rigoureus te hervormen.
Ze proberen het allemaal. IBM, HP, maar ook de grote system integrators. Hun traditionele sourcingstrategie hebben ze allemaal aangevuld met cloudproposities. Over het algemeen bestaan die proposities uit het ‘veredelen’ van de oude utility computing-stack. Maar geen van allen komen in de buurt van hetgeen een bedrijf als Amazon doet. Of Google. Of zelfs Microsoft met Azure. Deze bedrijven zagen vooral op tijd in dat het fundament onder cloud ‘big data’ is. Amazon kondigde in april haar volgende stap aan in deze ontwikkeling: database-instances die tot 244 GB geheugen aankunnen. De traditionele spelers hebben hier geen van allen antwoord op.
De reden: het verdienmodel. Om even te blijven bij Amazon: het investeert miljoenen in een platform met Ivy Bridge E5-2670 v2 processoren om de nieuwe diensten binnen EC2 mogelijk te maken. Klanten nemen instances af: het menu is beperkt tot vijf smaakjes. Iets anders dan die vijf smaakjes is niet mogelijk. Althans, niet bij Amazon. De meeste sourcingproviders hebben tot dusver klanten die vaak afwijkende smaakjes willen. En bovendien eisen stellen aan het platform zelf. Dat levert eigenaardige vragen op in aanbestedingstrajecten of offertetrajecten. “Wij willen naar de cloud.” Gevolgd door een pagina met eisen die aan de hardware worden gesteld. Dan heb je ‘cloud’ niet begrepen.
Het wordt erger. Want inmiddels dringt het besef door dat niet altijd handig is om data naar een centrale cloudopslag te sturen. Denk daarbij vooral aan de toenemende mate van mobiliteit. Data reist. Het is voor veel mobiele toepassingen helemaal niet slim om data te ‘syncen’ met een database die in een Iers datacenter draait. Zo’n mobiel apparaat kan dat veel beter doen met een machine die dichter bij het apparaat zelf staat. Vanuit dat gedecentraliseerde apparaat wordt de data uiteindelijk gesynchroniseerd met de centrale omgeving. Het groeiende probleem met cloud is namelijk ‘latency’ en dat kun je terugbrengen met deze vorm van cloud computing. De cloud wordt dus meer verspreid. Voilà: fog computing is een feit.
Dat brengt voor de traditionele spelers nog meer uitdagingen voor zich mee. Meer gedecentraliseerde computers die beheerd moeten worden, maar wel vanuit ‘cloudtarieven’ waarbij de tarieven door de groten worden bepaald. De redding? Security. De omgevingen worden met deze bewegingen namelijk ook veel complexer en daarmee de beveiliging. Denk aan MFA, multi-factor authentication over diverse cloudplatformen heen. Maar ook integratie en orchestratie zijn terreinen waar de ‘oude spelers’ hun meerwaarde kunnen bewijzen. Deze spelers doen er wellicht goed aan om hun proposities zo langzamerhand echt te gaan kantelen naar deze services. Waarbij de echte cloud computing wordt overgelaten aan bedrijven die op dit terrein vrijwel niet meer zijn in te halen.
