- Door
- Rashid Niamat
- geplaatst op
- 16 juli 2014 10:30 uur
Dat in het post-Snowden tijdperk sprake is van een gewijzigd IT landschap zal heeft geen verdere uitleg van ISPam nodig. Wijzen op de kansen die hierdoor zijn ontstaan doen we wel. Kansen die vragen om concrete acties en de Nederlandse IT sector aan een sterkere positie op de eigen en Europese markt helpen.
Voor de volledigheid de Snowden onthullingen zijn niet de enige oorzaak voor het herschudden van de kaarten. Zoals bekend was er al de nodige zorg om de impact van Amerikaanse wetgeving. Hierbij wordt vaak verwezen naar de Patriot-act. Dat is ondertussen een container begrip geworden en een perfecte zondebok om geen gebruik te hoeven maken van cloud in het algemeen en Amerikaanse clouddiensten in het bijzonder. In hoeverre die zorg terecht is blijkt uit onder andere dit document van Schuberg-Philis en Allen & Overy.
Voor Amerikaanse IT bedrijven staat er veel op het spel. Elke nieuwe rel doet de kansen op groei van de cloud omzet buiten het eigen land afnemen. Schijnbaar is de nood inmiddels hoger dan het grote publiek waarneemt. Aan de ene kant zien we een bedrijf als Salesforce kiezen voor een eigen Duitse footprint en samenwerking met de Deutsche Telekom voor de opslag van data op Duits grondgebied. Hiermee geeft Salesforce aan te accepteren dat anno 2014 je als overtuigd Amerikaans bedrijf opstellen het halen van meer en nieuwe omzet in de weg staat. Aan de andere kant zien we stevige uitspraken in de Amerikaanse pers en door Amerikaanse politici. Een voorbeeld dat aan duidelijkheid niets te wensen overlaat is dat van Dean Garfield, voorzitter van de Information Technology Industry Council (link):
“Made in the USA” is no longer a badge of honor, but a basis for questioning the integrity and the independence of US-made technology”.
Garfield stelt verder, en met hem vele andere Amerikaanse IT businessleaders, op dat er steeds meer sprake is van Balkanisering. Hieronder wordt verstaan dat elke land zijn eigen (rijks) cloud optuigt voor de meest waardevolle processen en daarmee een gefragmenteerd en gesegmenteerd internet dreigt te ontstaan waar met name Amerikaanse aanbieders niet echt welkom zijn. China en Rusland gaan daarin nog verder dan landen als Frankrijk en Duitsland. Vervolgens wordt daar aan toegevoegd dat dit gedrag de internationale handel schaadt, Amerikaanse cloud duurder maakt (want ze moeten kantoren in al die landen neerzetten en zich aan de lokale wetten houden) en nog meer geklaag.
De Amerikaanse zwakte is om te zetten naar een Europese en Nederlandse sterkte. Het klinkt makkelijk en toch wordt het in Nederland – zeker in vergelijking tot Duitsland of Zwitserland – nog steeds weinig ingezet. Waarom voorzien Nederlandse hosters de diensten niet van het label “Made in Holland” of “Made in the EU”? Een andere mogelijkheid die in Nederland meer aandacht verdient is het assisteren van Amerikaanse bedrijven om – net als Salesforce in Duitsland – een eigen lokale identiteit op te zetten. Het laatste is wat lastig voor kleinere hosters, het eerste is daarentegen erg makkelijk.
Een USP in de schoot geworpen krijgen overkomt je niet dagelijks, dus benut deze kans.
