- Door
- Edwin Feldmann
- geplaatst op
- 2 december 2010 08:05 uur
Van bijna de helft van de virtuele servers wordt niet regelmatig een back-up gemaakt. Hierdoor wordt het lastig om kritieke applicaties en data te beschermen en te herstellen.
Bijna zes op de tien ondervraagden geeft aan dat vanwege problemen met resources (mensen, budget en ruimte) er problemen zijn bij het maken van een back-up van virtuele machines. Dat zijn de belangrijkste conclusies uit de jaarlijkse Symantec Disaster Recovery Study.
Uit het onderzoek blijkt dat slechts één op de vijf respondenten gebruik maakt van replicatie- en failover– technologieën om virtuele omgevingen te beschermen. Ook geeft 60% van de ondervraagden aan dat de virtuele servers niet zijn opgenomen in het huidige disaster recovery-plan. “Dit is significant meer in vergelijking met de 45% die door de respondenten in 2009 werd gemeld”, aldus de onderzoekers. “Het wordt voor it’ers een steeds complexer om alle data en applicaties van alle virtuele, fysieke en cloud resources te beheren voor het maken van back-ups of het herstellen van data.”
Dit veroorzaakt vooral grote problemen voor datacenterbeheerders, stelt Symantec in het onderzoek. Bijna zes op de tien respondenten (58%) die tegen problemen zijn aangelopen bij het beschermen van bedrijfskritische applicaties in virtuele en fysieke omgevingen, gaf aan dat dit een ‘grote uitdaging’ is voor hun organisatie.
Volgens een ruime meerderheid van de ondervraagden (82%) worden er wekelijks of minder dan 1 keer per week backups gemaakt, in plaats van dagelijks. De onderzoekers menen dat dit complexe beheer, samen met het gebrek aan opslagcapaciteit en de ‘niet-complete adoptie van geavanceerde en efficiëntere beschermingsmethodes’ een drempel bij de snelle inzet van virtuele omgevingen vormen.
