- Door
- Edwin Feldmann
- geplaatst op
- 14 maart 2011 08:04 uur
Eén op de drie internetters wereldwijd wordt beperkt in zijn vrijheid op het web. Dat blijkt uit een rapport van de organisatie Reporters Without Borders (RSF) dat afgelopen weekeinde is verschenen ter gelegenheid van de Dag tegen Internetcensuur.
De organisatie die het opneemt voor de vrijheid van journalisten claimt dat het niet best is gesteld met de vrijheid van meningsuiting op internet. Voor zover bekend zitten er wereldwijd 119 mensen gevangen voor het uiten van hun mening op het web. Een jaar eerder waren dat nog 120 mensen. De Iraanse blogger Hossein Derakshan spant de kroon met zijn straf. Hij heeft vanwege zijn uitingen op het web 19,5 jaar gevangenisstraf opgelegd gekregen.
De RSF heeft een lijst samengesteld van landen die ‘vijand van het internet’ zijn. Niet geheel verrassend staan daar landen in als China en Iran, maar ook landen als Burma, Cuba, Noord-Korea en Oezbekistan.
Volgens de organisatie heeft een op de drie internetgebruikers geen toegang tot een vrij internet. “Internetcensuur wordt de norm”, stelt de RSF. “Ongeveer 60 landen hanteren een bepaalde vorm van internetcensuur dat bestaat uit het filteren van de content of het najagen van onwelgevallige internetters.” Overigens wordt Nederland nergens genoemd als het gaat om internetcensuur.
Onder toezicht
Wel heeft Frankrijk een plaats gekregen op de lijst met landen die ‘onder toezicht’ staan. In Frankrijk heeft zich een aantal incidenten tussen de overheid en journalisten. Bovendien keurt de RSF ook de Hadopi-wetgeving af. Deze wet, waarbij de internetverbinding van notoire downloaders afgesloten mag worden, schiet zijn doel voorbij vindt de RSF. “Reporters Without Borders is van mening dat internettoegang een fundamenteel recht is en dat afsluiting ervan een schending is van de vrijheid van toegang tot informatie van burgers.”
In het rapport wordt verder uiteraard ook gesproken over het afsluiten van internettoegang door de Lybische en Egyptische leiders. Bovendien komt WikiLeaks aan bod. “Door contacten te leggen met lokale media, waaronder in Nederland NRC Handelsblad, RTL en de NOS, heeft deze strategie wel zijn waarde bewezen omdat WikiLeaks daarmee enorme verspreidingsmogelijkheden heeft gecreëerd.”