- Door
- Edwin Feldmann
- geplaatst op
- 26 maart 2012 08:03 uur
Het rendement van zonne-energie voor het opwekken van elektriciteit voor datacenters wordt zwaar overschat. Soms kunnen hooguit de lampen in een datacenter op de geleverde zonne-energie branden.
Tot die conclusie komt James Hamilton, een vice-president bij Amazon, op een persoonlijk blog. Hij heeft onderzocht hoe het zit met de cijfers van enkele grote Amerikaanse datacenters bij het gebruik van zonnepanelen.
Het Facebook-datacenter in Prineville bijvoorbeeld heeft een vermogen 25 megawatt. Het gebouw is voorzien van zonnepanelen die tezamen 100 kilowatt moeten kunnen leveren. “Maar als dat zo is, levert dat slechts 0,4 procent van de energie van het datacenter”, redeneert Hamilton.
Maar zelfs dat wordt niet gehaald, zo stelt hij. ’s Nachts leveren zonnepanelen bijvoorbeeld geen energie en ook niet als het slecht weer is, wat in Oregon nog al eens het geval schijnt te zijn.
Het werkelijke rendement ligt dus nog lager. Met behulp van de solar power calculator zou de zonne-energieinstallatie van Facebook ongeveer 13,75 kilowatt opwekken, oftewel 0,055 procent van de totale energiebehoefte van het datacenter.
Kleine bijdrage
Bij het datacenter van Apple in Maiden is het iets beter gesteld. Dat datacenter heeft een geschat vermogen van 78 MW. De fabrikant van de iPad heeft bovenop het datacenter een zonne-installatie gebouwd voor 20 MW. Volgens berekeningen van Hamilton ligt het rendement rond de 16 procent, oftewel 3,2 MW.
Daarmee lijkt blijkt zonne-energie opnieuw slechts een kleine bijdrage te leveren aan de totale energiebehoefte. Om voldoende stroom uit de zonnestralen te krijgen, zouden de panelen op het iDatacenter bijna 25 keer zo groot moeten zijn, zo heeft Hamilton berekend. “De vraag dient zich dan op of zoveel ruimte wel vrijgemaakt kan worden voor een datacenter.”
Het gebruik van zonne-energie voor datacenters berust volgens Hamilton vooral op slechte ideeën en marketingverhalen.