- Door
- Arnout Veenman
- geplaatst op
- 6 februari 2015 08:00 uur
De nieuwe BTW-regels voor elektronische diensten zijn onwerkbaar, stellen twee PvdA-politici. Kleine ondernemers die elektronische diensten aanbieden, zoals hosters, krijgen te maken met ‘enorme administratieve lasten’. Sommige ondernemers zouden zelfs met hun bedrijf moeten stoppen omdat ze de nieuwe regels niet kunnen uitvoeren. Ook door SP’er Farshad Bashir zijn vragen gesteld over de nieuwe BTW-regels.
De kamervragen die PvdA’er Ed Groot samen met zijn collega Paul Tang heeft gesteld, zijn enigszins vaag maar uit berichten in de media maak ik op dat het vooral gaat om het feit dat ondernemers de BTW-tarieven uit de verschillende EU-lidstaten moeten hanteren. Dat zou voor kleine ondernemers die elektronische diensten aanbieden, zoals hostingbedrijven geen doen zijn. Farshad Bashir van de SP heeft twee weken daarvoor al een stuk concretere kamervragen gesteld over de nieuwe BTW-regels. Die komen echter wel op hetzelfde meer. De PvdA’ers hebben er echter meer media-aandacht mee weten te genereren.
Volgens de PvdA’ers is de oplossing die daarvoor is geboden – in de vorm van de Mini One Shop Stop-oplossing waarbij je de BTW die is verschuldigd in alle verschillende EU-lidstaten – geen afdoende oplossing. Het is voor kleine ondernemers namelijk niet te behappen om met wel 75 verschillende soorten BTW-tarieven te maken te hebben. Daarom dringen de PvdA-parlementariërs aan op maatregelen bij staatssecretaris Eric Wiebes van Financiën en eurocommissaris Pierre Moscovici.
Wat ik me afvraag, is hoe groot het probleem voor hostingbedrijven is? Het gaat namelijk alleen om particuliere klanten waarbij het BTW-tarief uit de EU-lidstaat waar deze is gevestigd, in rekening moet worden gebracht. Ik vraag me af hoeveel hostingbedrijven particulieren uit het buitenland als klant hebben? En als die er al zijn, uit hoeveel verschillende EU-landen die dan komen? Als laatste zal de totale omzet uit deze klanten ook relatief beperkt zijn.
Veel Nederlandse hosters zullen daarom weinig met de nieuwe BTW-regels te maken krijgen. Althans voor zover het gaat om het in rekening moeten brengen van verschillende tarieven. Praktisch zullen Nederlandse hostingbedrijven vooral te maken hebben met particuliere uit een beperkt aantal landen zoals België (Vlaanderen). Het lijkt me onwaarschijnlijk dat veel Nederlandse hosters particuliere klanten uit bijvoorbeeld Letland of Slowakije hebben. Het aantal verschillende btw-tarieven dat in rekening hoeft te worden gebracht wordt daardoor ook beperkt.
Ook kan een hoster er simpelweg voor kiezen om geen particuliere klanten meer te accepteren of enkele particulieren uit bepaalde EU-lidstaten als klant te accepteren. Het aantal verschillende BTW-tarieven dat een hoster in rekening moet brengen is dan net zo groot als het aantal landen waarvandaan deze particuliere klanten accepteert.
Voor de volledigheid nog de opmerking dat het enkel gaat over particuliere klanten uit andere EU-lidstaten. Voor zakelijke klanten is er helemaal niks veranderd. Naar een zakelijke klant uit een andere EU-lidstaat die hosting afneemt, wordt de BTW gewoon verlegd. Dat is al jaren zo.
Nu het enkel om particuliere afnemers gaat; waar zit dan de pijn voor hosters? Ik denk dat het probleem van de nieuwe BTW-regels wel meevalt. De meeste omzet en winst zal worden behaald aan zakelijke klanten of die nu in Nederland of in het buitenland zijn gevestigd.
Ik acht de kans daarom klein dat er maar één Nederlandse hoster in de problemen komt door de nieuwe BTW-regels. Althans zover het gaat om de verschillende BTW-tarieven die nu in rekening moeten worden gebracht en de administratieve rompslomp die daarbij hoort.
Wel moeten Nederlandse hosters, ook als ze niet aan buitenlandse particuliere klanten leveren, opletten. Want de bewijsregels om aan te tonen waar een particulier is gevestigd, kunnen wel een probleem zijn. Dat probleem heb ik al eerder aangestipt in dit artikel.
[advpoll id=”119″ title=”Vraag van de dag” width=”100%”]
